Slechts zevenduizend Joden waren er overgebleven van de ooit bloeiende, 2500 jaar oude Joodse gemeentes in het Midden-Oosten. Zo’n negenhonderdduizend Joden werden na 1948
uit hun diverse thuislanden verdreven. Dit grote aantal vluchtelingen is door de hele wereld, en vooral door de VN, genegeerd.
Sinds 1947 vaardigde de Veiligheidsraad van de VN achthonderdvijftig
resoluties uit over het Arabisch-
Israëlische conflict, waarvan honderddertig over de Palestijnse vluchtelingen.
In niet één van deze resoluties wordt op
welke manier dan ook de vernietiging van de oude Joodse gemeentes vermeld. Deze
en andere ongemakkelijke feiten vormen
de onderwerpen voor het boek van Edy
Cohen, met als titel:‘De moefti en de Joden:
de geheime oorlog van Haj Amin al-Husseini
tegen de Joden’.
Israel Today sprak met dr.
Cohen. Cohen is in Libanon geboren. Hij kent
de Arabische cultuur van zeer dichtbij en
heeft toegang tot Arabische bronnen.
Hij kan deze bronnen beter dan wie ook
beoordelen op hun authenticiteit. In 1995
werd Cohen gedwongen te vluchten. Hij is
zelf dus een van de Joodse vluchtelingen
die hij in zijn boek beschrijft.
De Midden-Oostenexpert schrijft over
de fascinatie van de Arabieren voor de
ideologie van Hitler, en doet dit op basis
van gedocumenteerde bewijzen. Zo is het
bijvoorbeeld nauwelijks bekend dat Yasser
Arafat familie was van grootmoefti Haj
Amin al-Husseini. Al-Husseini was van
1922 tot 1948 de zelfbenoemde leider van
de Arabieren in het gebied van het huidige
Israël. Hij sloot tijdens de Tweede Wereldoorlog een verbond met Hitler.
Palestijnse geschiedschrijvers doen
erg hun best dit verborgen te houden, en
Arafat heeft zijn achternaam om die reden
veranderd. Zijn beschermeling, de huidige
Palestijnse leider Mahmud Abbas, schreef
in zijn beruchte proefschrift, dat de Joden
zelf de Holocaust zouden hebben veroorzaakt. Cohen beschrijft gedetailleerd de
sleutelrol die Al-Husseini speelde bij het creëren van een ‘Palestijnse identiteit’, die
van meet af aan antisemitisch was.
Het eerdergenoemde boek van
Mahmud Abbas is gebaseerd op zijn proefschrift, en heeft als titel: ‘Het andere
gezicht: de geheime contacten tussen het nazisme en het zionisme’ (1984). Daarin
beschrijft Abbas de Holocaust weliswaar
als ‘een afschuwelijkste misdaad tegen de
menselijkheid’, maar hij verdedigt in dit
boek ook de stelling dat de zionistische
beweging net zo verantwoordelijk was
voor de Holocaust als de nazi’s. Niet voor
niets is Abbas’ boek alleen in het Arabisch gepubliceerd. Het staat boordevol antisemitische propaganda, die vrijwel identiek
is aan de woordenstroom van Adolf Eichmann voor het tribunaal in Israël.
Volgens Cohen was het de moefti
zelf, die de breekbare Joods-Arabische
co-existentie uit balans bracht en het
vuur opzettelijk deed oplaaien. In 1941
lokte Al-Husseini het ‘Farhoud Pogrom’
in Bagdad uit, toen hij de Joden in die stad
ervan beschuldigde samen te spannen met de Britten.
Dat was het begin van de ‘Joodse
nakba’ zoals Cohen het noemt. De ramp
die duizenden Joden het leven heeft
gekost, en waardoor ook Joodse bezittingen ter waarde van zestig miljard dollar verloren gingen.
Dit artikel verscheen in zijn geheel in het oktobernummer van het Israel Today Magazine. Klik hier voor een abonnement.